Gijsbert Stoet constateert afname van jongens in het wo, ook internationaal gezien. Het onderwijs is meer ingericht op meisjes. Verschil tussen de sexen wordt te weinig onderkend, stelt de hoogleraar.
Gijsbert Stoet, hoogleraar psychologie aan de universiteit van Essex, stelt dat jongens minder vaak doorstromen naar het wo dan meisjes, doordat jongens slechter zijn gaan lezen. In de jaren negentig was de verdeling van jongens en meisjes op universiteiten gelijk. Tegenwoordig geldt voor de meeste OESO-landen dat maar 45% van wo-studenten man is. Er is een verband tussen de deelname van jongens aan hoger onderwijs en de dalende leesvaardigheid.
Leesvaardigheid speelt een cruciale rol in het onderwijs. Of je nou wiskunde of psychologie gaat studeren, lezen ligt aan de basis van alle leren. Daarbij zou een veranderende houding tegenover meisjes ook een rol kunnen spelen. Zo bleek uit een internationale database. Hoe ‘normaler’ het wordt gevonden dat meisjes naar de universiteit gaan, hoe groter hun aandeel is in het hoger onderwijs en hoe kleiner het aandeel jongens. Stoet stelt ook dat meisjes het over het algemeen beter doen in het onderwijs dan jongens. Dit begint al in het basisonderwijs.
Daarnaast lijkt onderwijs in de meeste OESO-landen op zich meer geschikt voor meisjes dan voor jongens. Volgens Stoet komt dit doordat vaardigheden waar jongens sterk in zijn, minder op waarde worden geschat. Jongens hebben vaker ruimtelijk inzicht, maar doordat zij minder presteren op leesvaardigheid en schrijven, scoren zij over de hele linie slecht. Ook haken jongens eerder af wanneer er geen aandacht wordt besteed aan de vakken waar zij geïnteresseerd in zijn, zoals bijvoorbeeld handvaardigheid. Maar het blijft belangrijk dat ook jongens zich ontwikkelen in leesvaardigheid.
Recente ontwikkelingen hebben het kinderen makkelijk gemaakt om geen boeken meer te lezen. Kinderen werken met iPads en laptops in de klas en op bibliotheken is bezuinigd. Daarbij geldt voor jongens dat zij liever gamen. En jongens hebben een minder groot aangeboren vermogen om goed te zijn in taal. Dit ligt ook aan de hersenontwikkeling van jongens ten opzichte van meisjes gedurende hun jeugd. Gemiddeld gezien ontwikkelt taalvaardigheid zich bij meisjes sneller.
Om dit probleem op te lossen zouden de verschillen tussen jongens en meisjes erkend moeten worden. En in het aanbod doorgetrokken moeten worden. Pas het aanbod aan met meer vakken die jongens leuk vinden. En wees duidelijk in wat ze moeten doen. De school moet zeggen: dit is wat je moet doen, dit ga je vandaag leren.
Het hele moderne idee dat kinderen zelf verantwoordelijkheid moeten dragen en zelf moeten plannen, werkt niet voor veel jongens
Bron; NRC Next
WORD LID
Met Onderwijscommunity maken we het werkveld iedere dag een stukje beter en mooier. Meld je gratis aan als lid, maak verbinding, haal én breng kennis, maak je eigen ledenprofiel, connect met andere leden en meer.
PUBLICEER
Heb je een uniek en interessant artikel geschreven en denk je dat deze interessant kan zijn voor de leden van Onderwijscommunity? Stuur deze dan in via het formulier en wij gaan er mee aan de slag.
ADVERTENTIE
